Beijing
Over panda’s en peking eend in China
Eindelijk zijn we dan een weekje naar Peking geweest, oorspronkelijk stond de stedentrip al in 2003 geboekt maar Sars gooide
roet in het Peking eend diner. Een negatief reisadvies en veel zin hadden we toen eigenlijk ook niet meer, het journaal opende
iedere avond met mondkapjes en als iets ons nu wel erg lastig leek dan was het wel een Peking eend eten met zo’n kapje op je
snufferd! Dat werkt toch niet?! Dus toen uitgesteld en nu maar eens de hort op geweest. Ik schrijf trouwens steeds Peking,
maar eigenlijk is het Beijing. Ik vind het echter niet klinken om te
zeggen dat ik Beijing Eend in Beijing ben gaan eten, dus we
houden het gewoon op Peking met traditionele Peking Eend!
Een stad met veel kleine inwoners
Het was een enerverende week, dat kunnen we wel stellen.
Allereerst is Peking een enorme stad, die gezegend is met maar
liefst zo’n 18 miljoen inwoners. Nee, dit is geen typefout, het zijn
er 18 miljoen! Misschien kent u dat liedje dat vertelt over 9 million
bicycles in Beijing? Nou, dat kan wel kloppen hoor. Gemiddeld
een halve fiets per inwoner en de rest verplaatst zich met auto’s,
bussen, de metro, lopend of met de taxi, daarvan rijden er 70.000
rond. Ook zagen we heel wat variaties op de bromfiets met
stoeltjes achterop of overkapping erover en omheen gebouwd.
Veel mensen en veel verkeer, we kunnen dus best wel stellen dat
het gezellig druk was daar in Peking en we hadden bijzonder weinig last van privacy!
De Chinees, ontdekte ik die week, is vooral klein gebouwd. Nu maakt het mij eigenlijk niets uit, maar ik kon nu bij grote drukte
wel lekker over de mensen heen kijken. Wij waren juist in die week in Peking dat de Chinezen ook verplicht vrij zijn en op reis
gaan in eigen land. Het was dus een goed gevuld Plein van de Hemelse Vrede en ik keek lekker overal overheen. Toch liep ik
tegen een klein nadeel aan. Omdat wij thuis geen bad hebben, vul ik bij een hotelboeking altijd vol enthousiasme in dat er
voorkeur is voor een ligbad en vaak is er dan wel even een moment dat Bert een tukkie doet en ik even van een bad geniet.
Het bad was echter ook op de Chinese lengte afgestemd… wat zoveel betekende dat als ik de benen gestrekt onder water had
dat mijn romp er dan helemaal uit stak en als ik met mijn romp
erin lag, dat de benen dan richting het plafond gingen. Het bleef
dan ook bij één mislukt bad en Bert kwam ook niet meer aan
tukken toe!
Een tuinmuurtje van 6000 kilometer
De rest was echter wel een succes en puur genieten voor Bert
en mij. Wat maakte een stedentrip van een week naar Peking nu
zo leuk? Allereerst de geweldige attracties zoals de tempels, de
acrobatiek show en het heerlijke eten. Daarnaast kun je vanuit
Peking makkellijk een uitstapje naar de Chinese Muur maken.
Op de heenweg maakten we eerst nog een stop bij de Ming
graven, een indrukwekkend complex met een lange laan met
beelden van dieren en mensen.
Vervolgens gingen we na een lunch onderweg door naar de
muur. Dik 6000 kilometer muur bouwden de Chinezen om hun keizerrijk te beschermen tegen indringers. Daar is ons muurtje in
de voortuin niets bij vergeleken! Het was nog een hele inspanning, want we pakten de moeilijke steile kant en dat betekende
flink vals plat gecombineerd met steile trappen, die soms voorzien zijn van ongelijke treden. Voordeel van de moeilijke kant is
dat het daar veel rustiger is. De beloning was de moeite waard, het uitzicht gaf een onwerkelijk plaatje van bergen waar
overheen een muur gedrapeerd ligt!
De eunuchen en hun edele delen
Naast de Chinese muur was het andere grote hoogtepunt
natuurlijk de Verboden Stad. Voor vertrek hadden we nog de
DVD The Last Emperor bekeken en opeens stonden we daar
zelf. Onwerkelijk, groots, boeiend en fascinerend, niet in de
laatste plaats door de verhalen over de intriges in de Verboden
Stad met valse Eunuchen en een flinke kudde concubines. Er
waren keizers die er heel wat bijvrouwen op nahielden en ik
vermoed dat zo’n keizer gerust wel eens de mist in is gegaan
met zo’n hoeveelheid vrouwen… zei hij misschien Truus terwijl
hij met Mien pret in bed aan het beleven was. Bijzondere
verhalen over wat de Keizer allemaal mocht en de rest niet. Maar
hij zat wel zijn hele leven ‘gevangen’ in de Verboden Stad. Had
weinig idee van de werkelijkheid daarbuiten. En als de keizer iets
niet beviel dan liet hij net zo makkelijk de boel onthoofden als dat
de eunuchjes hun edele delen kwijt raakten. Wat een wonderlijke wereld…
Eten bij de Chinees
Verder was daar nog het eten, lekker eten en iedere avond met stokjes. In de meeste restaurants zaten grote Chinese families
aan tafel en zo kon het gebeuren dat wij binnen kwamen waar ze duidelijk geen toeristen gewend waren. De serveersters
pakten hun mobieltjes om ons te fotograferen en de kok werd uit de keuken gehaald om met ons op de foto te gaan! Het mocht
de pret niet drukken, want het eten smaakte heerlijk en de
Chinezen om ons heen zaten te kijken hoe of wij dat gingen
redden met die stokjes in de hand! Het eten is in China ook erg
vers en er kwam een hilarisch moment toen ze met een emmer
met een levende vis uit de keuken kwamen om de vis te laten
‘keuren’ op grootte en kwaliteit. Midden in het restaurant
spartelde de vis de emmer uit de vloer over. Drie man personeel
erachter aan, hij werd weer gevangen, goedgekeurd en ging
retour richting keuken waar hij gelijk de keizerlijke traditie
onthoofd werd!
Wat was er nog meer? Het mooie zomerpaleis, de Ming graven,
Chinezen die gezamenlijk tai chi beoefenen in een park, ons
hotel dat geen vierde (ongeluksgetal) verdieping kende… in de
lift kwam na de 3e gewoon de 5e verdieping! Het Peking eend
eten, echt heel lekker, en voor het eerst oog in oog met Panda
beren; weliswaar in de dierentuin, maar toch… ik had nog nooit
een Panda beer gezien anders dan in het logo van het WNF.
Slurpen, boeren en rochelen
Waar ik echter ook heel blij mee was, dat zijn de gewoonten van de Chinezen. Die staan bekend als een vies volk, omdat ze
hardop slurpen, boeren en rochelen. Ik heb dat nooit zo goed begrepen waarom dat zo afgekeurd wordt, want volgens mij heeft
iedereen daar wel eens last van. Onze koningin zal ook wel eens een boer of een wind laten en ook wel eens verkouden zijn
met een brok snot in de keel. En zo werd ik deze week dus geplaagd door een fikse verkoudheid. Kent U dat? De neus zit
verstopt, gaat vervolgens lopen en snottenbellen en een ellendig
hoestje maken het feest compleet. Wat er dan ook wel eens wil
gebeuren, dat is dat zo’n bal van slijm en snot niet meer in je
neus zit maar in je keel. Thuis zoek je dan een wastafel, of
papieren zakdoeken, elders zoek je snel een toilet, maar wat doe
je als je middenin Peking loopt en je kunt geen kant op? Simpel,
je rochelt eens flink en kwat de boel opzij eruit in een perkje of de
goot. Gelukzalig keken de Chinezen mij aan, zelden was een
toeriste zo geïntegreerd in hun plaatselijke gebruiken en
genoegens; ik kreeg van iedereen een goedkeurend knikje en
een big smile. Heb mij tijdens een verkoudheid nog nooit zo thuis
gevoeld in een stad als in Peking… de Chinezen blij en mijn
keeltje vrij… wat een genot, even zonder snot!